Een week na vertrek uit de Galapagos zullen we eens vertellen hoe het met ons gaat.
Als je zo makkelijk, warm en veilig mogelijk de wereld rond wilt zeilen, met een minimum aan hardship en een maximum aan plezier, dan neem je, zoals wij, de (Coconut) Milk Run Route. Deze route gebruikt de passaatwinden om de oceanen over te steken en vermijd de tropische stormen (hurricanes, cyclonen en tyfoons).
Oversteek van de Pacific (de Grote of Stille Oceaan) doe je dan dus rond de evenaar en niet via Kaap Hoorn.
Wij zijn nu dus net begonnen met die oversteek van de Galapagos naar Frans Polynesië. De handboeken voor wereldomzeilers schrijven enthousiast over dat 3000 mijl lange traject:
"Sailing conditions are invariably pleasant.This is the longest offshore passage that you may ever experience, an uninterrupted 3000 mile expanse of ocean, with only the wide sky, the sun and the stars for company." (Cornell, 2012)
"The passage is likely to become less about any concerns with the weather and more about crew dynamics and boat maintenance ."(Van Hagen, 2016)
"The best and most enjoyable long offshore passage that I have ever done in 100,000 miles of sailing. What a life!" (Phillips, 2016)
Vanaf Panama is het 4000 mijl, maar omdat wij als tussenstop de Galapagos aandeden werd het wat korter. Nadeel is wel dat rond de Galapagos, pal op de evenaar vrijwel altijd winddstilte bestaat. Die staat los van de ITCZ, de Intertropical Convergence Zone, historisch bekend als de Doldrums. Hier botsen rond de evenaar de passaatwinden van Noord en Zuid op elkaar, stijgen op en veroorzaken een lage drukgebied rond de evenaar met windstilte, grijs vochtig weer, en regelmatig forse onweersbuien. Daar ging het vroeger dus vaak mis, met eindeloze drijfpartijen.
De ICTZ (de'Itch') ligt hier eigenlijk altijd ten noorden van de evenaar en bij onze oversteek van Panama naar Galapagos hadden we geluk, want de Itch lag ver boven ons, ook bij ons vertrek vorige week.
We voeren inderdaad weg met weinig wind, dus er moest veel gemotord worden, en als we al zeilden stond vaak een motor bij - we gebruiken om diesel te besparen dan maar éen motor in plaats van twee. Met éen motor ga je vier knopen, met twee motoren maar een knoop sneller - een knoop is een zeemijl per uur, een zeemijl is 1851 meter.
Maar ook onder de derde zuiderbreedtegraad ging het niet waaien, de spinakker hing tot in het water en het was grijs vochtig weer met regelmatig forse buien met bliksem, gelukkig in de verte. Het leken wel de Doldrums. Op dag drie verscheen opeens op ons dagelijkse weerkaartje een brede ICTZ band, ruim onder de evenaar, met de oorspronkelijke ICTZ nog op zijn noordelijke plaats. Een dubbele ICTZ? Daar had niemand wat over verteld. In de boordbibliotheek het cursusboek 'Meteo voor Vertrekkers' opgezocht van Henk Huizenga, en jawel, daar werd terloops beschreven dat er soms een tweede ICTZ is. Hebben wij weer.
Uiteindelijk zijn we ver naar het zuiden doorgemotord door een onrustige zee met een slakkengang om uiteindelijk op dag 5 in de passaatwind terecht te komen. Nu opeens veel wind, kracht 4-6 uit het zuidoosten. We varen met flinke snelheid en stroom mee in de goede richting, maar het is nog geen mooi weer, de zee is onstuimig, de lucht grijs en het regent regelmatig. Onze catamaran helt niet maar rolt, stampt en giert door de golven die van alle kanten komen, bij een cat ook van onderen, met grote klappen soms. De stuurautomaat heeft het zwaar. De generator moet elke dag aan, want de zonnepanelen doen niet veel. Climate change?
Via via hoorden we dat een zeilschip ver voor ons haar roer heeft verloren en door een ander zeilschip richting Markiezen wordt gesleept, met een snelheid van 1.5 knoop...
Wij mogen dus niet mopperen.
Langzaam klaart het op en verschijnt er een meer regelmatige ocean swell. We varen halve wind met een rif in het grootzeil en met de genua. De zeilen staan al twee dagen vast in dezelfde stand. Op dag 7 hebben we in 24 uur 166 mijl afgelegd, sinds de Galapagos 842 mijl;. Positie 08 08 S, 110 24 W; nog 2238 mijl te gaan...